<< Vorige pagina

08 juni 2018

Limburg naar Limburg an der Lahn


De 'roots' van Willem van Oranje en de noordgrens van het Romeinse Rijk, de 'limes'. Dat waren de thema's van de reis die de afdeling Limburg I begin mei organiseerde naar Limburg an der Lahn. Ook de laat-romaanse Duitse bouwkunst en lenzenfabrikant Leica pasten in deze themareis, net als rivieren, bruggen en andere manieren om over water te geraken.

 

 

 

Het was in eenen tsinxendaghe

Dat beede bosch ende haghe

Met groenen loveren waren bevaen”          

 

Zo luidt de aanhef van het dierenepos van 'Willem die Madocke maecte' namelijk 'Van den Vos Reinaerde' uit circa 1250. En zo was het ook op woensdag 9 mei 2018, de dag vóór Hemelvaart, bij de uitstap van de vrienden van de Orde van den Prince Limburg I. Onder een fraai blauw baldakijn met hier en daar wat witte bloemkoolwolkjes vertrokken we op verkenning, in de sporen van Willem van Oranje-Nassau en van de Romeinen. Het gezelschap bestond uit zestien Princeleden en elf partners van Limburg I en van de bevriende afdelingen Graafschap Loon en Haspengouw. Die namen negen gastenvrienden van Princeleden mee. Het concept van deze themareis is van Jos Wilmots en door hem uitgewerkt, met steun van Marc Hertens, Freddy Goens en Wim Van Looy.

 

Rivier

 

Rustig en een beetje weggedoken ligt de Lahn, maar dat betekent niet dat ze verveelt of weinig te bieden heeft. Integendeel de 245 kilometer lange rivier, die in het Rothaargebergte ontspringt en bij Niederlahnstein in de Rijn uitmondt, doorloopt een cultuurlandschap met steden zoals Marburg, Wetzlar, Weilburg en Limburg an der Lahn. Hij laat zachte hoogten steil in zijn waterspiegel afdalen. Aan de hellingen waken burchten en kloosters over de dalen en op menige plaats groeien druiven voor de zeldzame Lahnwijn. Het Lahndal is voor rustige genieters.

 

Panorama

 

 

Van op de autosnelweg over de rivier de Lahn hebben we een schitterend panorama op Limburg en zijn Domkerk. Limburg is een kostelijk oud stadje, waar de glasfabricage wordt beoefend. De binnenstad met de Kornmarkt, de Salzzeile en de Fischmarkt is uiterst schilderachtig. De grootste bezienswaardigheid is de laat-romaanse Domkerk met de zeven torens, die majesteitelijk het stadje beheerst. Als een open tulp die oprijst uit een rots tussen het groen, boven de rivier de Lahn, is zij een landmark voor de streek.

 

Domkerk

 

De Domkerk, gewijd aan St. Georg, is een van de mooiste creaties van de religieuze kerkenbouw in Duitsland. Al vroeger had Graf Konrad Kurzbold, die volgens de kronieken de vrouwen evenzeer haatte als het eten van appelen, er in de tiende eeuw een kerk laten bouwen. De huidige Dom werd in 1235 als kloosterkerk gewijd, ten tijde van keizer Friedrich II (1194 - 1250), kleinzoon van Friedrich Barbarossa (1122-1190). De stijl is Rijnlands laat-romaans. In de kerk is een rijkelijk versierde doopvont en zijn er muurschilderingen uit de dertiende tot de zestiende eeuw te bewonderen.

 

 

Slot

 

Achter de kerk staat het vroegere grafelijk slot uit oorspronkelijk de 13e eeuw waarin thans het diocesaan museum is gehuisvest. In de Brückengasse staan op huis nummer 9 uit 1567 'die Sieben Laster' oftewel de zeven hoofdzonden afgebeeld. Je zou kunnen zeggen dat het een 'smoelenboek' is van zeven houten koppen die respectievelijk de hoogmoed, hebzucht, nijd, onkuisheid, gulzigheid, toorn en luiheid moeten uitbeelden.

Ons hotel 'Nassauer Hof' was schitterend gelegen aan de oude Lahnbrug met uitzicht op de overzijde en het beeld van Nepomuk, die samen met de St. Georgsdom de ingang van de stad bewaakt.

 

 

 

Hoogmis

 

De tweede dag brachten we een bezoek aan de Domkerk en de oude binnenstad. De pontificale hoogmis van Hemelvaartsdag, opgedragen door Dompfarrer Gereon Rehberg, was zeer mooi en werd opgeluisterd door de Limburger Domsingknaben, de Schola Wilhelm Gries.

"Mein Gott, wie schön ist deine Welt

 Der Wald ist grün, die Wiesen blühn…"

klonk het onder de oude gewelven.

 

Kunstbäckerei

 

Na afloop van de eucharistieviering wandelden we terug naar beneden via de Domplatz, Kleine Domtreppe en Kolpingstrasse, waar we de bizarre beelden aan de gevel van Kunstbäckerei Hensler konden bewonderen. Die stellen fabeldieren voor uit de Griekse mythologie zoals Minotaurus (kop en staart van een stier, lichaam van een mens), Chimaera (vermenging van verschillende dieren zoals onder meer in de Ilias van Homeros) en Panotti (van de Griekse woorden πᾶν en οὖς voor 'een en al oor'), een mythisch ras dat gekenmerkt werd door lange oren die het hele lichaam konden bedekken. Bakker Hensler heeft ze dus niet uitgevonden. Sommige komen ook aan de basiliek van Vézélay voor. Vandaar wandelden we verder over de Barfüssertrasse naar 'Zum Batzewert' aan de Korenmarkt voor het middageten, met onder andere brood van bakker Hensler.

 

Wetzlar

 

Omstreeks 14 uur vertrokken we naar Wetzlar. Dat is de hoofdstad van het Kreis Lahn-Dill en telt 52.000 inwoners. Er zijn historische vakwerkhuizen en gebouwen te bezichtigen in romaanse, gotische en rennaissancestijl. Met de domkerk werd begonnen in 1230 en de bouw is nog steeds niet voltooid. Het is een kakofonie van een bouwsel, een grap in de aard van onze Bocholtse torenkruiers. Het was nooit een bisschopskerk, maar werd toch Dom genoemd. In 897 vond de inwijding plaats van de vroegste kerk, de Salvatorkerk. Reeds rond 1000 was er een ombouw en vergroting. In 1170-90 begon men aan een grotere laat-romeinse Basilica. De werken werden af en toe onderbroken door onenigheid, geldtekort, oorlogen en blikseminslagen.

 

      

 

Aartsbisdom

 

Later hadden de Konradische graven er een kloosterkerk opgericht gewijd aan Maria (1142). Wetzlar werd het middelpunt van het aartsbisdom Trier en werd Reichsstad, ook verblijf van de Duitse Orde. De bedoeling was twee torens te bouwen zoals in Keulen of elders, doch het bleef bij één toren. Het is een van de kerken in Duitsland waar zowel katholieke als protestantse diensten gehouden worden. Als bezienswaardigheden zijn er een romaanse doopvont uit basalt, een mooie oude piëta of vesperbeeld uit 1370-1380, een laatgotische madonna met kind, een figurengroep van de Moeder Gods met zeven engelen en een barokke kansel.

 

Reichskammergericht

 

Het Reichskammergericht was naast de Reichshofrat de hoogste gerechtelijke instantie in het Heilige Roomse Rijks. Het werd door keizer Maximiliaan I ingesteld als onderdeel van zijn rijkshervorming. Het Rijkskamergerecht moest een gerechtelijk alternatief bieden voor de onderlinge oorlogen die het Heilige Roomse Rijk teisterden.

 

Goethe

 

Goethe was student in de rechtswetenschappen in Wetzlar, maar ook een boemelaar. Later werd hij Praktikant bij het Reichskammergericht. Daar deed hij inspiratie op voor zijn brief- of tederheidsroman 'Die Leiden des jungen Werthers', het verhaal van een onbeantwoorde liefde. De jonge Werther leed aan een narcistische zielsziekte en was verliefd op Lotte, de verloofde van ene Albert. Hij projecteert in Lotte al zijn opgeschroefde verlangens en grijpt haar onbereikbaarheid aan om zichzelf het graf in te jagen. Het huis van Lotte bestaat nog en in het stadspark (vroeger het kerkhof) ziet men de grafstenen van Lotte en de ongelukkige Werther.

 

Leica

 

 

Wetzlar is ook de stad van Leica, producent van hoogwaardige optische apparatuur, in het bijzonder bekend van de gelijknamige meetzoekerscamera’s.

We bezoeken het 'Erlebniswelt Leitz-Park' even buiten de stad, waar we alle nieuwigheden op gebied van fotografisch materiaal kunnen bekijken.

 

Schifffahrttunnel

 

Bij onze terugkeer stoppen we even aan de Schifffahrttunnel, de oudste en langste nog bevaarbare tunnel in Duitsland. Hij is 195 meter lang en loopt van noord naar zuid onder de stad Weilburg door. Op die manier wordt het tracé van de Lahn, die in een boog rond de Stad loopt twee kilometer korter. De tunnel werd tussen 1844 en 1847 gegraven. Een auto en spoortunnel lopen parallel. De scheepvaarttunnel heeft niet lang gediend. Al tien jaar na de opening verloor de scheepvaart op de Lahn aan belang vanwege de spoorlijn die in 1857 werd aangelegd. Tegenwoordig wordt hij hoofdzakelijk gebruikt door kanovaarders en andere sportbeoefenaren.

 

Oranienstein

 

Op vrijdagochtend 11 mei rijden we naar Oranienstein. Het Slot Oranienstein, gelegen op een kalkrots bij Diez an der Lahn in de Duitse deelstaat Rijnland-Palts, is een van de vier kastelen van de familie Oranje-Nassau die op Duits grondgebied werden gebouwd. Net als de andere kastelen werd ook dit slot genoemd naar Willem van Oranje. De andere kastelen zijn: Oranienburg, Oranienbaum en Oranienhof bij Kreuznach. Dat laatste bestaat echter niet meer.

 

   

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bonbonnière

 

Oranienstein werd in de jaren 1672-1684 gebouwd. Het is een van de stamsloten van het Nederlandse koningshuis en ligt als een reuze gele bonbonnière tussen het groen. In de achttiende eeuw leefden hier de directe voorouders van de Nederlandse koningen en koninginnen. Men kan er schitterende stucplafonds en kostbare plafondschilderingen bewonderen. De tuinen rondom het kasteel werden aangelegd op initiatief van prins Willem V, die daar als banneling woonde van 1801-1806.

 

Pruisen

 

Na het Congres van Wenen (overleg van Oostenrijk, Pruisen, Rusland en het Verenigd Koninkrijk in 1814-1815 na de val van Napoleon) kwam het kasteel in handen van Pruisen. Toen de Pruisische regering er in 1866 een psychiatrische inrichting in wilde herbergen, stuitte dit op verzet van het Nederlandse koningshuis, waarna besloten werd er een school voor cadetten van te maken. Nu nog ligt het kasteel in een domein van de Bundeswehr. Vandaar dat aan de ingang onze identiteitskaarten aandachtig worden gecontroleerd. In de negentiende en twintigste eeuw maakte het slot een bewogen periode door. Er was dus eerst die Pruisische cadettenschool en later een Politiek Opleidingscentrum van de Nazi’s. Na ’45 werd het door de Franse bezettingstroepen als onderkomen gebruikt. Sinds 1962 is de Duitse Bundeswehr er thuis.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hadamar

 

Op onze tocht naar Ringhotel Nassau-Oranien houden we halt bij de gebouwen van het voormalige euthanasiecentrum van de Nazi’s tijdens de Tweede Wereldoorlog. Naar schatting werden in de kelder, in een als stortbadruimte gebouwde gaskamer, meer dan 10.000 kinderen, vrouwen en mannen met koolmonoxydegas om het leven gebracht en vervolgens gecremeerd. Er werd een minuut stilte gehouden ter nagedachtenis van de slachtoffers.

 

Dillenburg

 

 

“Wilhelmus van Nassouwe

ben ick van Duytschen Bloedt

den Vaderland ghetrouwe

blijf ick tot in den doet…“

 

 

 

Na een fijn middagmaal in het hotel ging de tocht verder naar Dillenburg, de geboorteplaats van Willem van Oranje. De Wilhelmsturm werd in de jaren 1872–1874 gebouwd op het voormalige burchtterrein, met financiële steun van Duitse en Nederlandse kant. De totale bouwkost bedroeg 29.122 daalders. Daarvan droeg prinses Marianne der Nederlanden met 18.000 daalders het grootse deel. Deze toren, het symbool van de stad Dillenburg, zou een monument zijn voor Willem van Oranje, die hier geboren werd. Ooit schreef een kritische pen over de toren als een product van romantiek en architectuur. Het 41 meter hoge gebouw heeft vier verdiepingen. Tot helemaal boven zijn het 167 treden. Nu is er in de toren een museum met voorwerpen uit de geschiedenis van de huizen Nassau en Oranje-

 

 

Bergfried

 

Op zaterdag 12 mei bezochten we hoog boven de stad Nassau het terrein van een middeleeuws kasteel. Onze bus moest beneden bij de rivier parkeren, terwijl wij opgehaald en naar boven gebracht werden door een taxi-shuttle. De 'Bergfried' is een overgebleven toren van het middeleeuwse kasteel. Hij steekt 120 meter boven de rivier de Lahn uit en kijkt uit over de stad. Eeuwenlang werd het kasteel bewoond door het huis van Nassau, waar de huidige vorsten van Nederland en Luxemburg van afstammen. Het kasteel werd rond 1100 gebouwd door graaf Dudo van Laurenburg, tevens de stichter van het Huis van Nassau in 1093. Later, in 1124, verbouwden en breidden zijn zoons Ruprecht I en Arnold I het kasteel uit. In een herbouwde Schloss-Rittersaal kregen we een toelichting bij de Stammtafel van het huis Nassau met de Walramische en de Ottonische linie. Willem de Zwijger is zowat in het midden van de vele generaties gesitueerd. Buiten werden we onthaald op doedelzakmuziek, gespeeld door Nederlanders uit Roermond.

 

Limeskastell

 

Na afloop begaven we ons naar Pohl, waar we een reconstructie van een versterkte plaats op de Germaanse grens van het Romeinse Rijk bezochten.

Het middagmaal was een Romeins buffet. Dat bestond uit eenvoudige historische kost, een slok mulsum (Romeinse kruidenwijn met honing), vegetarische soep, een knoflookbroodje met moretum (verse schapenkaas met kruiden), brood met Romeinse leverworst en gemengde sla met schapenkaas.

 

 

Bad Ems

 

's Middags rijden we naar Bad Ems, bekend als kuuroord en keizerlijke badplaats. In Bad Ems bevindt zich de zogenaamde Benedetti-steen ter nagedachtenis aan de dramatische ontmoeting tussen de Franse ambassadeur graaf Benedetti en de Duitse koning Willem I. Het verstrekkende gevolg van de 'Emser Depesche ' (het Emser telegram) over deze ontmoeting was het uitbreken van de Duits-Franse oorlog van 1870-1871.

We wandelen langs de zonnige oevers van de Lahn, proeven van het kuurwater van de Römerbrunnen en rusten met een drankje uit op de terrassen voor het beroemde Grand Hotel Hackers.

 

 

Ehrenbreitstein

 

De laatste dag: terugreis via Koblenz. Vanuit de fortificatie Ehrenbreitstein uit de negentiende eeuw laten we ons met de 'Seilbahn' vanaf het Bergstation naar het Talstation brengen. Dat ligt vlakbij het Deutsches Eck, de landtong bij de samenvloeiende Mosel(la) en Rijn. De naam Koblenz komt van het Latijnse ‘confluentes’. Gidsen begeleiden ons naar onder meer de romaanse kerk Sankt-Kastor en de Altstadt. De zware stortregen was een spelbreker, zodat alleen de moedigsten de tocht tot het einde volhielden. Culinair nagenieten doen we ten slotte in restaurant ‘ADACCIO’ gevestigd in een voormalige meubelzaak opgetrokken in Art Nouveau stijl. Veilig en wel bereikten we terug Belgisch Limburg en Diepenbeek.

 

      

 

 

Freddy Goens

Joris Lucyckx

 

Voor dit verslag baseerde secretaris van Limburg I Freddy Goens zich op het progammaboekje, terwijl Joris Luyckx van de afdeling Haspengouw voor de poëtische noot zorgde en interessante historische en geografische aanvullingen en weetjes optekende.




Terug naar overzicht »